Interne onderdelen van een computer

Moderne pc's zijn gemaakt van een reeks onderling verbonden apparaten en subsystemen. Als u deze systemen begrijpt, kunt u computerstoringen of prestatieproblemen oplossen. Hoewel er veel vooruitgang is geboekt in de microcomputertechnologie, is de basisarchitectuur van een personal computer relatief constant gebleven sinds de introductie van de eerste personal computers.

Moederbord

Alle computers zijn gebouwd rond een moederbord, dat alle connectoren bevat waarmee de verschillende andere subsystemen kunnen communiceren. CPU's en RAM (Random Access Memory) worden gemonteerd in sockets op het moederbord, terwijl andere subsystemen zijn aangesloten via kabels of zijn gebouwd op kaarten die rechtstreeks op het moederbord worden gemonteerd.

processor

De centrale verwerkingseenheid (CPU) is het onderdeel dat alle berekeningen en wiskundige manipulaties in een computer uitvoert. CPU's zijn soms apparaten met één chip en zijn soms samen verpakt met ondersteunende circuits zoals geheugen en buffers die op een bord zijn gemonteerd en samen in een enkele eenheid zijn verpakt.

Geheugen

RAM is het geheugen dat computers gebruiken om gegevens en instructies op te slaan die de CPU nodig heeft voor de werking van de computer. RAM bestaat over het algemeen uit geheugenchips en besturingscircuits die op een printplaat zijn gemonteerd met pinnen die in RAM-sleuven op het moederbord glijden. In situaties waarin een computer meer RAM nodig heeft dan fysiek beschikbaar is, gebruiken computers een harde schijf voor extra opslagruimte. Het gebruik van een harde schijf voor tijdelijk geheugen heeft meestal een negatief effect op de computerprestaties en is een indicatie dat een computer meer geheugen nodig heeft.

Schijfstations

Een computer bevat ten minste één schijfstation. Er zijn verschillende soorten stations, waaronder cd- of dvd-stations, diskettestations en harde schijven. Een harde schijf is meestal het belangrijkste opslagstation op de computer en slaat gegevens en programma's op die voor gebruik in het RAM zijn geladen. Sommige moderne harde schijven gebruiken grote hoeveelheden solid-state geheugen en bevatten geen bewegende delen, maar de meeste zijn gemaakt van meerdere schijven die met een hoge snelheid draaien om snellere gegevensoverdracht mogelijk te maken.

Interfacekaarten

De meeste computers bieden een verscheidenheid aan interfacekaarten, waarmee externe apparaten gegevens van de computer kunnen invoeren of lezen. Voorbeelden van interfacekaarten zijn videokaarten, geluidskaarten, netwerkkaarten en modems. Modems zijn kaarten die datacommunicatie via standaard telefoonlijnen mogelijk maken. In veel gevallen maakt een enkele interfacekaart het mogelijk om veel apparaten op één computer te gebruiken. Een goed voorbeeld is een USB-kaart, waarmee veel apparaten gegevens van een computer kunnen verzenden en ontvangen. In het verleden werd USB alleen geïmplementeerd op een interfacekaart, maar veel moderne computers implementeren USB op het moederbord, waardoor er geen kaart nodig is.

Stroomvoorziening

Alle computers hebben een voeding nodig, die een gelijkmatige, constante stroom levert aan het moederbord en aan andere componenten, zoals schijfstations. De voeding naar interfacekaarten of apparaten die rechtstreeks op het moederbord zijn aangesloten, gaat door het moederbord voordat het aan de kaart of het apparaat wordt geleverd.