Een experimenteel stroomschema maken Flow

Stroomdiagrammen helpen een proces uit te leggen door de informatie visueel te ordenen en elke stap of elk element van het proces op te splitsen in afzonderlijke symbolen op het diagram. U kunt een stroomschema gebruiken om een ​​wetenschappelijk experiment te documenteren. Elk deel van het experimentele stroomschema moet de kritieke stappen van het experiment documenteren, inclusief je eerste observaties, hypothese, wat je hebt gedaan om je hypothese te testen, de resultaten, verklaringen van de resultaten en je conclusie.

Stap 1

Ontwikkel een set symbolen voor uw stroomschema. De NASA Science Files suggereert bijvoorbeeld het gebruik van ovalen voor start- en stoppunten, zeshoeken voor observaties, cirkels voor antwoorden, ruiten voor vragen of beslissingspunten en rechthoeken voor stappen.

Stap 2

Teken je "Start"-symbool en beschrijf het experiment. Als het experiment bijvoorbeeld plantengroei is, kun je schrijven: 'Start: effecten van licht op plantengroei'.

Stap 3

Trek nog een pijl van de waarnemingen naar een vakje met je uitleg en/of een vakje met je hypothese over de waarnemingen.

Stap 4

Trek een pijl van het startvak naar een tweede vak met uw waarnemingen. Vertak de pijlen uit je observatiedoos en schrijf je eerste observaties over het experiment op.

Verbind pijlen uit je hypothesevak met de stappen die je moet nemen om je hypothese te bewijzen of te weerleggen. Ga door met het verbinden van vakjes met pijlen in uw stroomschema om uw bevindingen, uitleg van uw resultaten en een eindconclusie te beschrijven.