Stel het IP-adres in vanaf de Mac-opdrachtregel

De snelste manier om uw IP-adres in te stellen vanaf de opdrachtregel is om het veelzijdige en krachtige hulpprogramma ipconfig te gebruiken, dat rechtstreeks is gebundeld met Mac OS X. We laten u zien hoe u een IP-adres met ipconfig instelt door er een op te halen van een DHCP server en laten ook zien hoe u een specifiek IP-adres in OS X kunt instellen als u een statisch adres voor een Mac wilt bepalen.

Begin met het instellen van een IP-adres vanaf een DHCP-verbinding en voer de volgende opdracht in de Terminal uit:

sudo ipconfig set en1 DHCP

Hiermee wordt uw DHCP-lease verlengd en krijgt u een nieuw IP-adres van de DHCP-server. Ter informatie: en1 is over het algemeen draadloos / luchthaven, en0 is over het algemeen ethernet.

U kunt controleren of het IP-adres is ingesteld door uw huidige IP-adres op de opdrachtregel te krijgen met:

ipconfig getifaddr en1

Als u dit voor en na doet, bent u verzekerd van een nieuwe IP.

Een specifiek IP-adres instellen via Terminal in OS X

U kunt een IP-adres opgeven dat moet worden ingesteld via de opdrachtregel met het volgende:

sudo ipconfig set en1 INFORM 192.168.0.150

Hiermee kan de gebruiker handmatig een bepaald statisch IP-adres instellen dat niet wordt gewijzigd, tenzij het is overschreven door een nieuw IP-adres of een nieuw IP-adres is opgegeven.

Een andere benadering is om de netwerkinterface uit en weer aan te zetten. Dit werkt om een ​​IP-adres in te stellen vanaf een DHCP-server door de interface naar beneden te halen en opnieuw te starten, waardoor het IP-adres wordt vernieuwd:

sudo ifconfig en1 down ; sudo ifconfig en1 up

Opmerking: om welke reden dan ook, wanneer u het IP-adres handmatig instelt via de opdrachtregel, komen de Mac OS X-netwerkvoorkeuren niet noodzakelijkerwijs overeen met de wijzigingen. Wees niet verbaasd als het paneel Netwerkvoorkeuren je vertelt dat je "Airport geen IP-adres heeft en geen verbinding met internet kan maken". In feite heb je er wel een en ben je online. U kunt controleren of u verbonden bent met het LAN of internet met behulp van de ping-opdracht.