Printerinstellingen instellen op een mailbox
Digitale kopieerapparaten met interne harde schijven hebben vaak meerdere afdrukopties wanneer ze zijn aangesloten op het netwerk en zijn uitgerust met een printplaat. Een veelgebruikte optie is afdrukken naar een mailbox. Fabrikanten verschillen van mening over de namen die ze voor deze functie gebruiken. Sommigen noemen het 'beveiligd afdrukken' en anderen gebruiken 'postbus afdrukken'. Welke naam er ook wordt gebruikt, afdrukken naar een mailbox leidt ertoe dat uw afdruktaak wordt opgeslagen op de harde schijf van de kopieermachine en niet wordt afgedrukt totdat u de afdruk vrijgeeft met een code of de kopieermachine opdracht geeft het document af te drukken.
Stap 1
Druk op de knop "Bestand" vanuit de toepassing waaruit u wilt afdrukken. Dit opent een vervolgkeuzelijst met opties.
Stap 2
Klik op "Afdrukken". Een lijst met beschikbare printers verschijnt in een nieuw venster. Als u slechts één printer hebt geladen, verschijnen het dialoogvenster en het optievenster op uw scherm voor die specifieke printer. Als u meer dan één printer heeft, moet u de printer met de mailboxfunctie selecteren. Als u die printer selecteert, wordt het dialoogvenster en het voorkeurenvenster geopend.
Stap 3
Klik op het vak "Voorkeuren". In de rechterbovenhoek van het printerdialoogvenster staat een vak dat u, eenmaal aangeklikt, naar de voorkeuren voor uw printer brengt.
Stap 4
Selecteer 'Postbus'. Nadat u uw afdrukvoorkeuren hebt ingesteld, verschijnt er een vervolgkeuzelijst in de rechterbovenhoek van het printervoorkeurenvenster met de beschikbare afdrukopties. Veelvoorkomende opties zijn normaal printen, beveiligd printen of mailbox printen. Als u de mailboxoptie selecteert, wordt een ander scherm geopend waarin u moet selecteren naar welke mailbox u het document wilt verzenden.
Stap 5
Selecteer "Toepassen" om uw afdrukinstellingen op te slaan. Houd er rekening mee dat de opgeslagen instellingen alleen van toepassing zijn op het document dat momenteel is geopend en de standaardprinterinstellingen niet wijzigen.
Druk op "OK" in het printscherm. Nadat u uw afdrukinstellingen hebt toegepast, verschijnt het printerdialoogvenster weer op uw scherm. Selecteer de knop "OK" om uw afdruktaak naar de geselecteerde printer te sturen.