Een virtuele USB-printerpoort maken

Vroeger werden printers met een parallelle printerkabel op een computer aangesloten. Naarmate de technologie zich ontwikkelde, begonnen de meeste printers een USB-kabel te gebruiken om verbinding te maken met de computer. Computers maken nu virtuele printerpoorten die eruitzien als oude COM-poorten. Hierdoor kunnen USB-printers compatibel zijn met oudere software. Uw computer maakt automatisch een virtuele USB-poort wanneer u een compatibele printer aansluit en installeert. Gebruikers van Windows Vista en 7 kunnen handmatig een virtuele poort toevoegen met behulp van de netwerkprinterinstellingen.

Klik op de knop "Start" en selecteer "Printers en faxapparaten". Als u deze optie niet ziet, typt u 'Printer' in de Windows-zoekbalk en drukt u op 'Enter'.

Klik met de rechtermuisknop op een netwerkprinter en selecteer 'Delen'.

Vink het vakje aan naast 'Deze printer delen'.

Voer de naam in van de printer die u wilt gebruiken onder "Share Name".

Ga naar de tweede computer en selecteer de knop "Start" en klik vervolgens op het "Configuratiescherm".

Klik op de optie "Printer" (als u Vista of hoger gebruikt, wordt deze weergegeven onder "Hardware en geluiden").

Selecteer 'Printer toevoegen'.

Kies ervoor om een ​​printer uit het netwerk toe te voegen en laat deze zoeken naar een lijst met beschikbare printers. Als de printer niet wordt gevonden, selecteert u 'De printer die ik wil staat niet in de lijst'.

Selecteer "Bladeren naar printer" en klik op "Volgende". U kunt de printer kiezen uit de pop-uplijst.

Druk op "OK" om de printer op te slaan. Er wordt nu een virtuele printerpoort toegevoegd. U kunt de poort bekijken door met de rechtermuisknop op het printerpictogram te klikken, "eigenschappen" te selecteren en vervolgens op het tabblad "poort" te klikken.