Hoe bedrade routers te overbruggen

Als bekabelde routers niet correct zijn geconfigureerd, zullen ze constant blijven concurreren om de controle over het netwerk, waardoor uw verbinding met internet wordt verstoord. Meestal is één bekabelde router gebridged, zodat u een draadloos netwerk kunt toevoegen. U kunt ervoor kiezen om twee bekabelde routers te bridgen als u netwerken door uw hele huis wilt uitbreiden. U kunt ook twee bekabelde routers overbruggen als u het aantal beschikbare poorten voor computers en andere netwerkapparatuur wilt vergroten.

Stap 1

Sluit een van de bekabelde routers aan op uw computer via een Ethernet-kabel. De Ethernet-kabel ziet eruit als een kabelsnoer met een grotere telefoonaansluiting. Open het beveiligingsmenu van uw router door http://192.168.1.1 in de adresbalk van uw browser te typen. Voer een gebruikersnaam en wachtwoord in om toegang te krijgen tot uw netwerk. Raadpleeg uw handleiding of de onderkant van uw router om de standaard gebruikersnaam en wachtwoord te vinden.

Stap 2

Toegang tot het lokale netwerk (LAN)-adres en de DHCP-pool van de router in de basisinstellingen van uw netwerkconfiguratie. Schrijf deze nummers op, want je hebt ze later nodig. Verlaat het routerconfiguratiescherm.

Stap 3

Verbind uw tweede bedrade router via Ethernet met uw computer. Sluit de tweede router niet aan op de eerste router. Open uw webbrowser en ga naar http://192.168.1.1 en voer uw gebruikersnaam en wachtwoord in.

Stap 4

Navigeer naar het WAN-gedeelte (Wide Area Network) van het beveiligingsscherm, dat op verschillende manieren kan worden gevonden, afhankelijk van het model van uw router. Typ een IP-adres voor deze router dat buiten het DHCP-bereik valt dat u eerder hebt genoteerd. Als uw DHCP-pool bijvoorbeeld 192.168.100-150 is, kiest u een DHCP-pool zoals 192.168.1.38.

Stap 5

Navigeer naar het LAN-configuratiescherm en zorg ervoor dat DHCP is uitgeschakeld.

Stap 6

Navigeer naar uw draadloze configuratie-instellingen en selecteer een andere SSID-naam (Service Set Identifier) ​​van de eerste router die u aanvankelijk hebt ingesteld. U kunt elke naam voor uw SSID kiezen.

Stap 7

Maak een ander wachtwoord aan onder de beveiligingsinstellingen. Zorg ervoor dat uw wachtwoord is aangemaakt onder de WPA-instelling. Elk configuratiescherm van de router varieert, dus raadpleeg uw handleiding om erachter te komen op welke link u moet klikken om toegang te krijgen. Noteer uw nieuw gewijzigde instellingen en sla op.

Haal de tweede router uit het stopcontact. Sluit de Ethernet-kabel die vanaf de achterkant van de tweede router loopt aan op een beschikbare Ethernet-poort van de hoofdrouter. Sluit de tweede router weer aan op de muur.