Een Canon-inktcartridge bijvullen zonder te resetten
Canon-inktcartridges hebben elk een microchip. Deze chip vertelt de computer hoeveel inkt er in de cartridge zit. Wanneer de inkt bijna op is, geeft de chip aan de computer door dat deze moet worden bijgevuld. Als u de cartridge opnieuw met inkt vult, "weet" de computer dat de cartridge een navulling is. Reset de chip met een chip-resetapparaat, of volg een eenvoudige reeks stappen om deze cartridges te gebruiken zonder de chip opnieuw in te stellen.
Stap 1
Koop uw specifieke Canon cartridge-navulset en volg de instructies om de cartridge bij te vullen. Gebruik voor deze stap een online bron zoals refillinstructions.com of BS-print.co.uk. Elke cartridge is anders gemaakt, dus er is een andere set instructies voor elke cartridge.
Stap 2
Vul de patroon bij. In het algemeen houdt dit het volgende in: boor een klein gaatje in de ontluchtingsplug. Steek de spuit in de inkt, trek er wat inkt uit. Steek de spuit in de patroon en injecteer vervolgens de inkt door de zuiger van de spuit naar beneden te duwen. Vul de cartridge langzaam om te voorkomen dat er inkt wordt gemorst.
Stap 3
Sluit uw boorgat af door wat kaarsvet op een stuk karton of posterboard te smelten. Schraap de zachte was op met een plastic applicator en verdeel deze over het gaatje. Laat dit ongeveer tien minuten drogen.
Stap 4
Plaats de nieuwe nagevulde inktcartridge in uw printer. Zet uw computer aan en laat hem opstarten. U ziet pop-up dialoogvensters op uw scherm, elk met een andere vraag over uw printer. Selecteer de juiste antwoorden voor elk en ga verder met het gebruik van de cartridge.
Druk uw eerste document af met de cartridge. Als u meer pop-ups krijgt, selecteert u de juiste antwoorden zodat u door kunt gaan met afdrukken.